
Spreekwoorden: (1914)
Er warm (of warmpjes) in (of bij) zitten,d.w.z. gefortuneerd zijn, bemiddeld zijn; eig. gezegd van een schaap, dat goed in de wol zit, of van een vogel, die goed in de veeren zit (vgl. eng. to be in feathers naast to have feathered one's nest1)); Schuerm. 870 b: goed in zijnen wol komen, zitten, tot...
Gevonden op
https://www.encyclo.nl/lokaal/10778

Spreekwoorden: (1914)
Er warm (of warmpjes) in (of bij) zitten,d.w.z. gefortuneerd zijn, bemiddeld zijn; eig. gezegd van een schaap, dat goed in de wol zit, of van een vogel, die goed in de veeren zit (vgl. eng. to be in feathers naast to have feathered one's nest1)); Schuerm. 870 b: goed in zijnen wol komen, zitten, tot...
Gevonden op
https://www.encyclo.nl/lokaal/10778
Geen exacte overeenkomst gevonden.